Bij patiënten
die chronische cognitieve problemen ontwikkelen, is het kenmerkende
tijdsverloop van de uiting van Lyme-symptomen als volgt:
Heel
vroeg: erythema migrans (EM, een rode, ronde, uitbreidende
huiduitslag).
• 1-2
maanden na infectie: hart of vroege neurologische ziektebeelden,
meningitis, encefalitis, hersenzenuwaandoeningen (neuropathie) met
milde tot opvallende neuropsychiatrische symptomen.
• 6-10
maanden na infectie: artritis van verschillende gewrichten
• 2-8
jaar na infectie: chronische cognitieve problemen
(Noot
van de redactie: niet iedereen met neuropsychiatrische lymeziekte
vertoont in zijn ziekteverloop al deze klachten. EM huiduitslag komt
bijvoorbeeld maar bij 50% van de patiënten voor en ook lang niet
alle patiënten krijgen artritis) Typische
symptomen bij patiënten met neuropsychiatrische lymeziekte:
• Vermoeidheid:
dit varieert van mild tot hevig, resulterend in periodes van
verlengde slaap in de nacht en extra dutjes gedurende de dag, zeer
verwant aan het chronisch vermoeidheidsyndroom.
• Lichte
koorts of temperatuurverhoging.
• Nachtelijke
zweetaanvallen.
• Verspringende
gewrichtspijnen of gewrichts-ontsteking met zwelling (artritis).
• Spierpijn.
•
Slaapstoornis.
• Regelmatige
en hevige hoofdpijnen.
• Aandoeningen
van de hersenzenuwen.
Aangezichtsverlamming
en ontsteking van de gezichtszenuw worden minder vaak gezien. Vaker
worden gevoelloosheid,dove plekken en/of tintelingen in het gezicht
door patiënten gemeld.
•
Scherpe,stekende,diepe/borende,brandende
of snijdende pijnen (of pijnscheuten).
• Op
meerdere plaatsen gevoelloosheid,doofheid of tintelingen in handen of
voeten. (Tekenen van een perifere zenuwaandoening: perifere
neuropathie)
•
Denkproblemen: dit kunnen problemen
zijn met aandacht, geheugen, verbalespreekvaardigheid en
denksnelheid. Patiënten kunnen ook moeite met concentratie melden of
de noodzaak
gebruik
te maken van lijstjes e.d. Vanwege problemen met het kortlopend
geheugen.(Voor meer details over typische cognitieve problemen, zie
verder)
• Cognitieve
overprikkeling: sommige patiënten ervaren normale omgevingsprikkels
als “te veel”, wat resulteert in een cognitieve “kortsluiting”
zodat de patiënt zich verward begint te voelen, zijn concentratie
verliest, gaat stotteren en stamelen en/of in paniek raakt. Het is
alsof het normale filtermechanisme van de hersenen niet goed werkt,
waardoor de patiënt bloot wordt gesteld aan een verwarrende
overdosis prikkels.
*Noot:
omdat ze door de hersenen niet meteen kunnen worden herkend en
gesorteerd als belangrijk of onbelangrijk.
• Hersenmist
(“brain fog”): patiënten met lymeziekte gebruiken deze term vaak
om het gebrek aan helderheid in de cognitieve processen te
beschrijven. Soms is dit in de vorm van “depersonalisatie of
derealisatie” waarbij het besef van het eigen “ik” en omgeving
veranderd is (bijv. het gevoel buiten het eigen lichaam te staan of
zich in een onechte wereld of film te bevinden).
• Zintuiglijke
overgevoeligheid: sommige patiënten ervaren een verhoogde
gevoeligheid voor geluid of voor licht, vooral in de vroege stadia
van neurologische lymeziekte. In de ernstige gevallen moeten
patiënten binnenshuis een zonnebril dragen of oordopjes gebruiken om
de zintuiglijke prikkeling te verminderen.
• Ruimtelijke
oriëntatieproblemen: bijvoorbeeld, patiënten botsen tegen de deur
op of laten iets op de vloer vallen als ze het op tafel willen leggen
door een verkeerde beoordeling van de ruimtelijke afstand of ze
verdwalen in een bekende omgeving.
• Problemen
met spraak en spreekvaardigheid: stotteren, het omkeren van woorden
(bijv. men zegt “morgen”,wanneer “gisteren” bedoeld wordt).
• Minder
algemene neurologische syndromen: diverse vormen van epilepsie
(partiële en complexe insulten), op multipele sclerose lijkende
ziekte (MS),op dementie lijkende ziekte, het Guillain-Baré syndroom
(verlammingsverschijn selen door opstijgende ontsteking van
zenuwwortels), beroerte (CVA), Tullio phenomeen (duizeligheid doordat
het evenwichtsorgaan gevoelig wordt voor geluid).
•
Psychiatrische symptomen bij
volwassenen: prikkelbaarheid, lage frustratie tolerantie, depressie
en stemmingswisselingen komen veel voor. Minder algemeen: paniek,
obsessief/dwangmatig gedrag of andere angsttoestanden.
Zelden:
manie/geestesziekte, paranoïde psychose (dit laatste komt gewoonlijk
alleen voor bij patiënten met een lymeencephalitis).
•
Neuropsychiatrische problemen bij
kinderen: hoofdpijnen, gedragsproblemen of stemmingstoornissen,
vermoeidheid (in de klas in slaap vallen), problemen met de aandacht
bij luisteren of kijken (bij sommige kinderen wordt een verkeerde
diagnose gesteld, zoals een aandachttekort-stoornis/ADHD).
• Schommeling
van symptomen: slechter op sommige dagen, opmerkelijk beter op andere
dagen, zonder duidelijke oorzaak.
Cognitieve
aspecten bij
volwassenen:
•
Aandacht-/concentratieproblemen:
makkelijk afgeleid; moeite met het hanteren van verschillende taken
op hetzelfde moment; moeite om langere tijd de aandacht bij taken te
houden en om taken af te maken; moeite met het volgen van het verloop
van een gesprek of de tekst van een boek.
•
Geheugenproblemen:
moeite
met ‘retrieval’ (het ophalen van
opgeslagen informatie uit het geheugen, bijv. Namen e.d.). Patiënten
kunnen ook gesprekken vergeten of vergeten dat ze een taak al hebben
gedaan. Op andere momenten ervaren patiënten problemen met het
“werkgeheugen”, alsof de stof niet lang
genoeg kan worden vastgehouden.
Patiënten
maken bijvoorbeeld verschillende lijstjes, maar vergeten dan waar ze
hun lijstjes hebben gelegd.
• Tragere
verwerkingssnelheid: patiënten merken dat het hen een langere tijd
kost om te antwoorden op vragen of om taken af te maken. De
reactietijd en het denken voelt vertraagd aan.
•
Spreekvaardigheidproblemen: het
vermogen om aan normale gesprekken deel te nemen is
aangetast/verzwakt door het onvermogen om het juiste
Brak komentarzy:
Prześlij komentarz